© Alice Boudry & Stad Kortrijk

Stadsmagazine van Kortrijk

In april 2022 verscheen Alice' column 'De schoonheid van een tandafdruk' in het stadsmagazine van Kortrijk.

De schoonheid van een tandafdruk

Ik kon het bijna proeven. Smeltende suikerkristallen en de smaak van echte boter. Helaas stak de wafel niet in mijn hand, maar in die van mijn vriend, Jens. We waren een kwartier geleden van de speelplaats naar de naschoolse kinderopvang gewandeld. Daar mochten we elke avond één koek uit het Lu-assortiment kiezen. Natuurlijk koos Jens de laatste Luikse wafel. Ik was een verlegen kind, met wangen die sneller rood werden dan het Corona Safe Ticket van bepaalde onwelvoeglijke mensen. Het was dan ook met zware tong dat ik de volgende woorden over mijn lippen kreeg: “Zou ik een stukje van je wafel mogen?” 

Wat er vervolgens gebeurde, staat vandaag nog in mijn geheugen geëtst. Nog voor de laatste lettergreep mijn mond uitgeduwd was, trok Jens zijn lippen op, dook naar mijn arm en nam een hap van mijn vlees alsof ik zijn wafel was. Bij het zien van de halvemaanvormige afdruk van Jens’ melktanden op mijn voorarm, besloot mijn zesjarige brein de noodprotocollen in gang te zetten, het verlegenheidscircuit te omzeilen en een huilschreeuwend oratorium aan te vatten. De toezichthoudende juffrouw kwam op het kabaal afrennen en startte het gebruikelijke ‘Waarom heb je dat gedaan?’ – en – ‘Zeg sorry!’ gesprek. Het siert Jens dat hij aan dat laatste gevolg gaf. 

Onlangs moest ik aan deze situatie denken. De laatste paar maanden is het besef gekomen dat ik vaak een onverbeterbare ja-knikker en een eersteklas people-pleaser ben. Het verlangen om mensen te behagen primeert daarbij op mijn eigen noden, waardoor de wereld zich langs mijn fijnste haarscheurtjes bij mij naar binnen dringt. Momenteel herontdek ik dus de kracht van het woord ‘nee’. De ‘N’ is een poort, duwt je tong tegen je voortanden en maakt van je mond een burcht. De ‘EE’ een horizontale streep, een doorhaling van de mogelijke ‘ja’, een dreigende lans die tegenstanders aanmaant niet dichter te komen. Jens’ tandafdruk was zijn poort, zijn lans, zijn woordeloze ‘nee’. Ik ben nog steeds wat jaloers op die zesjarige jongen, want wat hij deed werkte. Ik heb hem nooit meer om een stuk wafel gevraagd.

© Alice Boudry

Scroll to Top